wat is non-dualiteit?

geen tweeheid aan het einde van het weten

De filosofie van non-dualiteit is ontstaan en ontwikkeld in India. Een van de bekendste stromingen is Advaita Vedanta.

Advaita betekent zoveel als ‘geen tweeheid’. Vedanta betekent ‘wetenseind’ of ‘einde van het weten’. Als je de twee woorden samenvoegt, kom je bij ‘geen tweeheid aan het einde van het weten’. Dat is een subtiel verschil met de vertaling ‘eenheid voorbij het denken’. Deze nuance in de interpretatie geeft een belangrijke andere betekenis.

Geen-tweeheid impliceert dat er eerst tweeheid geweest moet zijn om geen-tweeheid te kennen. Er is dus eerst dualiteit geweest en daarna pas eenheid.

Er zijn ook vertalingen die zeggen dat advaita ‘geen volgend’ betekent, of ‘geen tweede’. Die interpretatie is er meer op gericht om het belang van de ‘eenheid in het nu’ van deze filosofie te benadrukken.

Dan het begrip ‘wetenseind’ of ‘einde van het weten’, wat Vedanta betekent. Het verwijst naar het einde van de Veda’s; de heilige geschriften, waarvan het laatste deel, de Upanishaden, over zelfkennis gaat. Ook hier wil het weer zeggen dat je eerst wetend moet zijn om daarna het niet-weten te kunnen herkennen. De niet-tweeheid voorbij het weten lijkt zo te verwijzen naar een pad, waar er eerst dualiteit en denken, kennis of weten is, om daarna tot eenheid in niet-weten te kunnen komen.

Meer dan naar de leer of filosofie van zelfkennis wijst de Advaita Vedanta dus uiteindelijk naar een ervaring, een zijnsstaat. Deze ‘staatloze’ staat zoals het ook wel wordt genoemd, is dus eigenlijk geen filosofie die je kunt kennen. Het is iets dat je kunt ervaren wanneer strijden, oordelen en onderscheiden stopt, als je voorbij leren, denken en weten komt. Pas daar ‘herken’ je dat al ons doen en denken plaatsvindt binnen iets dat groter is dan dat.

Het is een grotere instantie die niet alleen buiten je maar ook in jou is, een allesomvattend ‘iets’ dat niet benoemd of gezien kan worden. Iets dat alleen maar waarneemt, of nog groter, alleen maar ‘is’. De leer van zelfkennis ‘eindigt’ dus als het ware in de bron van het zijn. Die bron ligt niet buiten je, je kunt het niet bereiken, het is in je, hier en nu, je hebt er al die tijd als het ware overheen gekeken.

De uitspraak of mantra ‘Ik Ben’ uit de Advaita Vedanta, wordt gezien als de hoogste vorm van zelfkennis. Je kunt jezelf dus niet beter leren kennen dan in het ervaren dat je bent. De zijnservaring is ongeïdentificeerd, dus ongebonden, los van ego of persoon.

De herkenning van Zijn in de waarneming van ‘ik ben’, leidt tot de eenwording met God, met dat wat al het leven omvat: Ik ben = het Zijn.

< terug
‘Only in love are unity and duality not in conflict’
- Rabindranath Tagore